Eeuwenlang waren abdijen het centrum van de agronomie. Dat de verschillende teelten en veeteelt er een gesloten kringloop vormden, zodat de productie in evenwicht bleef met de natuurlijke ecosystemen, was altijd de logica zelve.
Vandaag is het de zuivelproductie van het landbouwbedrijf in Averbode die onder druk staat. In 2015 werd het landbouwbedrijf met een vijftigtal melkkoeien en vleesvee nog als ‘oranje’ geklasseerd. Onder druk van onder andere melkerijen (die niet uitrijden voor kleine volumes) en consultants die grote technologische investeringen bepleitten om de ammoniakemissies te reduceren, gaven uiteindelijk zelfs deze paters toe aan de lokroep van de schaalvergroting. Gestuwd door een landbouwbeleid dat landbouwers met subsidies stuurt richting meer dieren, meer productie, grotere stallen en meer technologische oplossingen.
Het beleid stuurt landbouwers richting meer dieren, meer productie, grotere stallen en meer technologische oplossingen
Het bedrijf kreeg van de Vlaamse overheid een vergunning voor een uitbreiding tot 145 melkkoeien, tegen de logica van de Europese regels in, zo bleek na het recente stikstofarrest. Door het aanpassen van de zones waar natuur ontwikkeld moest worden en door de uitbreiding krijgen de paters nu echter te horen dat code rood – een uitsluiting dus – hen boven het hoofd hangt. Een pijnlijk voorbeeld van hoe het beleid er niet in slaagt om landbouwers zekerheid te verlenen over hun toekomst en er bovendien niet in slaagt om de maatschappelijke rol van landbouwers te erkennen.
Het geval Averbode is helaas exemplarisch voor het beleid van de laatste decennia: opgejaagd door actoren die grof geld verdienen aan het huidige landbouwbeleid worden landbouwers meegedreven in een verhaal van schaalvergroting. Een trend die ertoe leidt dat het type boer(inn)en verdwijnt die we broodnodig hebben: zij die agro-ecologisch werken, met respect voor natuur, biodiversiteit en klimaat. Zij zijn de ‘landschapsbeheerders’ en voedselproducenten van de toekomst.
Nochtans laat dit verhaal van de abdij van Averbode niemand onberoerd. Niemand wil dit historisch partnerschap tussen landbouw, cultuur en natuur zien verdwijnen. Gemengde bedrijven waar plaats is voor veeteelt op kleinere schaal, waar ook de natuur een plaats krijgt en kringlopen zich sluiten, verdienen een belangrijke plaats in ons landbouwmodel. Landbouw en natuur hoeven geen vijanden te zijn, en zijn dat in essentie ook niet: op de abdij in Averbode pasten paters, tot in 2015, verschillende agro-ecologische principes toe, avant la lettre. De paters kunnen opnieuw trendsetters zijn door met een toekomstgerichte bedrijfsvoering een antwoord te bieden op maatschappelijke veranderingen: inzetten op een koolstofrijke, vruchtbare bodem met veel oog voor teeltvariatie en biodiversiteit en via hun producten en ambachtelijke verwerking de band tussen voedsel, natuur en consument herstellen.
Op de abdij in Averbode pasten paters, tot in 2015, verschillende agro-ecologische principes toe, avant la lettre
Er is een toekomst voor de landbouw: Averbode kan inzetten op een agro-ecologische rundveehouderij met zijn veerkrachtig Fleckvieh-ras. Om de stikstofuitstoot te beperken, wordt de kudde aangepast aan de oppervlakte grasland. De resterende maisvelden en bijbehorende grote hoeveelheden pesticiden, kunnen vervangen worden door grasklaver, luzerne en veldbonen zodat de eiwitten voor hun dieren niet geïmporteerd moeten worden (denk maar aan de wereldwijde ontbossingen voor soja-import). De keuze voor boslandbouw met bomen en heggen helpt om – via de uitstekende werking als biofilters – de stikstof uit de lucht te zuiveren. Struiken en hagen brengen weer meer biodiversiteit op het bedrijf. Met lokale fruitrassen kan men er sappen en ciders produceren. Volop kiezen voor biologische producten, betekent een winst voor de gezondheid van mens en natuur.
De maisvelden en bijbehorende grote hoeveelheden pesticiden kunnen vervangen worden door grasklaver, luzerne en veldbonen zodat de eiwitten voor de dieren niet geïmporteerd moeten worden
Agro-ecologische en biologische boeren in binnen-en buitenland bewijzen alsmaar vaker dat deze vorm van landbouw rendabel, duurzaam en vooral productief kan zijn. Dergelijke positieve en oplossingsgerichte verhalen moeten vaker onder de aandacht komen, zoals eerder in De Standaard het bedrijf Menapii als inspirerende praktijk voor varkensboeren.
Er is per slot van rekening een ‘derde weg’ tussen industrieel vergroten of stoppen: agro-ecologie biedt kansen voor een veerkrachtig divers landbouwsysteem. Vele landbouwers tonen vandaag al dat het anders kan. Ondersteunen beleidsmakers deze oplossing in het stikstofdossier, of blijven ze bikkelen over de rode lijst? En willen ze kansen geven aan paters en boeren zelf? Want de paters zijn tot elk goed werk bereid. Ad omne opus bonum paratus.
Auteurs: Ingrid Pauwels, coördinator Voedsel Anders en Heleen De Smet, beleidsmedewerker voeding en landbouw Bond Beter Leefmilieu en Bertjan Olivier, bestuurslid bij de West-Vlaamse Milieufederatie